Ik weet natuurlijk niet hoe het bij andere thuisbakkers gaat maar mij overkomt het toch regelmatig dat ik ineens denk oeps... mijn brood. Dat is het nadeel van zuurdesembrood, het moet zo lang rijzen dat je het, als je met andere dingen bezig bent, ondanks alle kookwekkers, vergeet!
Laat ik het brood tijdens de eerste rijs te lang in de rijskast staan dan loop ik het risico dat het deeg te slap wordt en dan kan ik het niet meer gebruiken om een vloerbroodje van te bakken. De meeste kans op een nog redelijk broodje is dan om het deeg voor de tweede rijs in een vorm toe doen. Doe je dat niet dan is er een kans dat het brood tijdens de tweede rijs en het bakken uitloopt en dan krijg je een plat broodje.
Ben je eigenwijs en denk je, net als ik, ik zie wel wat het wordt, dan loopt je dus de kans dat je brood haast niet meer narijst, snel in elkaar zakt en als het gebakken is een stuk platter is als een normaal brood. Je kunt aan mijn voorbeeld zien dat er echt iets is misgegaan met dit brood. Toch is de structuur vaak wel goed, mooie kleine luchtbelletjes! Ik verpak het dan in een zipperzakje en leg het in de diepvries en als ik gasten krijg maak ik er toastjes van. Dungesneden en even in de oven laten drogen, daar kan geen Melba tegenop!
Tweede leven van een mislukt brood
1 mislukt plat vloerbroodje (maakt niet uit wat voor een broodje, donker, licht alles is lekker)
Snijd het broodje in dunne sneetjes en leg ze los van elkaar op het rooster van de oven. Laat de sneetjes boord in de voorverwarmde oven (160 °C) in ± 10 minuten drogen en bruin kleuren. Laat ze op een taartrooster afkoelen en bewaar ze in een goed afsluitbaar doosje. Zo blijft je toast nog wel een paar weken goed.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten